Begin
pagina
Curriculum
vitae
Contact
Interviews
en teksten
Bronnen
Email
Tekst
|
BACH EN DE KUNST VAN HET AQUARELLEREN
‘Bilde, Künstler, rede nicht!’,
sprak de oude Goethe wijs. Maar in zeldzame gevallen sluiten kunstenaarschap,
zelfreflectie en verbale begaafdheid een gelukkig verbond. Caren
van Herwaarden, verantwoordelijk voor de Anatomische Les-prent 2004,
over haar artistieke coming out, naaktheid, Christus aan
het kruis, oerinstincten en J.S. Bach.
Een ruim
atelier in het Oogheelkunde-paviljoen van het voormalige Wilhelmina
Gasthuis. Lichte wanden, overvloedig gegarneerd met aquarellen
en foto’s van mensen, mensenmassa’s en mensdelen. Aan de
raamzijde liggen, hoog opgetast, de arbeidsvitaminen in de vorm van
stapels muziekcassettes en cd’s. De hifi-set onder het venster
verstrooit de geheimzinnige klanken van Bachs Kunst der Fuge.
‘Een betere leermeester dan Bach kan ik me niet indenken’,
zegt Caren van Herwaarden (43). ‘Zo’n fuga, daar zit alles
in wat je moet weten om een aquarel te maken. Zoals: wie bang is om
alles te verpesten, zal nooit de diepte bereiken van een echt goed
werk. Mijn studenten laat ik weleens een uur lang fuga’s horen.
Ze moeten dóór durven gaan. Laag over laag durven leggen,
elke nieuwe laag even belangrijk als de vorige. Niet bang zijn voor
chaos. Als het maar transparant blijft, als je de grote lijn maar kunt
vasthouden.’
Aandachtige
ogen die zich geen detail laten ontgaan. Ze is mooi op een moeilijk
te beschrijven manier. Open, hartelijk, met de ongekunsteldheid
die wapenrustingen doet verkruimelen en poseurs tot onmiddellijke
inkeer brengt. Een beetje afwijkend ook - altijd al geweest. ‘Ik was
een ontstellend nieuwsgierig kind, wilde door mensen héén
kijken. Door hun kleren en liefst nog verder, dwars door de huid. Vanaf
mijn vroegste jeugd heb ik plaatjes verzameld van naakte mensen en
ontblote lichaamsdelen. Reclames voor OB-tampons, instructies voor
zelfonderzoek van borsten, dozen vol had ik ervan. Mijn moeder vond
het zeer verontrustend. Maar ik was gebiologeerd door de kwetsbaarheid,
de onschuld van naaktheid. Ik wilde zien wat mensen tot mensen maakt.’
Het was niet het soort obsessie dat op de Enschedese kunstacademie,
waar Van Herwaarden als negentienjarige terechtkwam, met gejuich werd
ontvangen. Naakte mensen betekenden figuratie, en figuratie was passé.
Zodat er een nogal cartooneske situatie ontstond. ‘Mijn academiewerk
was keurig abstract, thuis tekende ik menselijke figuren. Mijn geheime
oeuvre. Ik zie me nog gedeprimeerd in dat academielokaal zitten. Zal
ik dat ene lijntje toch nog wat hoger zetten, moet dat hokje niet een
tikje kleiner? Esthetisch fotoshoppen, dat was het.’
Op de Rijksacademie
in Amsterdam, haar vervolgopleiding, boog beeldhouwer annex tekenaar
Henk Visch zich over Van Herwaardens werk. ‘Ik
liet hem mijn landschapstekeningen zien, gevuld met alles wat er in
Nederland boven de horizon uitsteekt. Geabstraheerde torens, telefoonpalen,
lantaarns. En een paar tekeningen met mensen. Waarop Visch zei: “Jij
bent geen lichtmast, je bent een mens. Over mensen heb je veel meer
te vertellen”. Nogal een kater, vond ik, maar het bleef me wel
bij. Een paar jaar later zou ik in Aalsmeer exposeren, ook met abstracte
kunst, toen een vriendin vroeg: waarom laat je je figuratieve werk
nu niet eens zien? Ik durfde nog steeds niet, het was te intiem. Uiteindelijk
ben ik toch overstag gegaan – voor mijn gevoel een echte coming
out. Vanaf dat moment was de weg vrij. De beelden en ideeën
kwamen stormenderhand op me af. Maar ik wilde het een stevige basis
geven, het moest gestut worden. Daarom heb eerst een nog paar jaar
in anatomische collecties getekend, waar ik alles ter beschikking had.
Toen kon ik vliegen.’
Moederbuik
De mens
dus. In Van Herwaardens werken-op-papier verschijnt hij niet alleen
als uniek individu, maar ook als ‘naamloze in den drom
der namelozen.’ Als angstvallig verdediger van zijn eigenheid én
als vertegenwoordiger van de soort. Maar altijd naakt, altijd kwetsbaar. ‘Die
tekeningen zijn voor mij een soort darmstelsel, een manier om alle
indrukken te verwerken. Ik ben heel visueel ingesteld, maar ik kan
niet straffeloos alles opslaan. Dan wordt ik ongeduldig, kortademig,
dan loop ik over. Als ik een tijdje van huis ben, heb ik ook altijd
mijn schetsboek en mijn tekenspullen bij me. En muziek van Bach. Mijn survival
kit. Ik kan niet van plek naar plek reizen, alleen uitstapjes
maken vanaf een vaste uitvalsbasis. En dan als een beest weer terug
naar mijn hol om alles te verwerken.’
Het afgelopen
jaar verbleef ze twee maanden in Spanje. In de kerken vooral. ‘Daar
ben ik gek op , voor de Grieks-Orthodoxe. Alsof je een moederbuik
binnenwandelt. De warmte van de kaarsen, het rood van de ikonen,
de zware geuren. Aan de manier waarop Christus wordt afgebeeld, kun
je een cultuur leren kennen. In de zuidelijke landen is dat altijd
heel fysiek en dramatisch, met veel tranen en bloed. Bij een van
die kruisbeelden realiseerde ik me met een schok: zo lang als ik
schilder, ben eigenlijk ik al bezig met de lichaamshouding van de
gekruisigde.’
Ze wijst
op een tekening van een omhoog kijkende man: hoofd naar achteren,
schouders omlaag, grote open handen. ‘Het moment tussen weerstand
en overgave, tussen “Mijn God, mijn God, waarom hebt
Gij mij verlaten” en “Het is volbracht”, dat is precies
de kwetsbaarheid die ik wilde laten zien.’ Christus als het Lam
Gods, archetype van de onschuld. ‘Vóór Spanje had
ik nooit overwogen de gekruisigde Christus te schilderen. Veel te letterlijk,
te zwaarbeladen. Maar als het opeens zo duidelijk wordt dat het een
van je thema’s is, dat het op de een of andere manier bij je
hoort… Bij wijze van opdracht aan mezelf ben ik er toch mee
aan de slag gegaan.’
Niet dat
de bijbelse symboliek Van Herwaarden eerder onberoerd had gelaten.
Als pleitbezorgster van het onverhulde lichaam vond ze in haar
rooms-katholieke opvoeding al vroeg een rijke voedingsbodem. ‘Lichaam
en zinnelijkheid hebben in het christendom een veel belangrijker plaats
dan in bijvoorbeeld het jodendom en de islam. Vanwege de mensgeworden
en gepijnigde Christus, inderdaad. Maar je kunt ook denken aan het
beeld van de moeder die haar kind zoogt. Of aan de heilige Sebastiaan
met zijn met pijlen doorboorde lichaam. Vol homo-erotische connotaties,
dat beeld, maar het gaat nog veel dieper. De hele christelijke beeldentuin
zit barstensvol herkenbare informatie over sterfelijkheid, pijn, getergdheid,
onvoorwaardelijke liefde, troost. Een baaierd van oermenselijke instincten.
Het kan bijna niet anders of die herkenbaarheid is een van de reden
van het succes van dat geloof.. Als je de lichamelijke symboliek in
middeleeuwse schilderijen zie, de stand van de handen, van de vingers – intuïtief
verstaan we dat ook als eenentwintigste-eeuwers onmiddellijk. Het is
van alle tijden.’
Gruwelijkheid
Soulmade heet
de prent die ze leverde voor AMC-serie ‘De menselijke
gedaante’. Een doorschijnend mannelijk naakt, alles
erop en eraan, dat in vijf lagen over elkaar een beweging
van achteren naar voren maakt. De wazige verdubbelingen suggereren
geestdriftige dynamiek. Je moet maar durven. Vrolijk: ‘Ik
was nogal verrast dat de Kunstcommissie dit werk selecteerde.
Anderzijds, het taboe op het afbeelden van het mannelijke
geslachtorgaan is typisch iets van de laatste eeuwen. Tot
in de late middeleeuwen werden blote piemels en erecties,
ook bij heiligen en bij Christus, zonder enige gêne
afgebeeld. Zo benadrukte de kunstenaar hun menselijkheid,
ze hadden symbolische waarde.’
|
|
Alweer
die oerdriften. Wat fascineert Van Herwaarden er zo in? ‘Misschien
wel de onberekenbaarheid ervan. Neem het recente gijzeldrama op die
school in Beslan – dat was van een gruwelijkheid die met de grote
Oudtestamentische verhalen kan wedijveren. Het maakt me bang dat mensen
zo ver kunnen gaan in de verwezenlijking van hun idealen. Maar als
je zegt: die gijzelnemers zijn beesten, zit je eigenlijk al op hetzelfde
spoor. Dat is wat die Tsjetsjenen ook dachten: de Russen zijn beesten.
En daarom konden ze zo handelen. Kunst is voor mij een manier om te
benadrukken dat al die basale emoties, die zowel ten goede als ten
kwade kunnen worden aangewend, algemeen menselijk zijn. Als je dat
laat zien via zo’n relatief onschuldig medium als kunst, zonder
moreel oordeel, levert het heel misschien iets op. Erkenning, inzicht.
Verzoening. Zoals de muziek van Bach je op een ondoorgrondelijke manier
met de werkelijkheid kan verzoenen.’
Caren van Herwaarden exposeert van 16 november tot 11 januari in de
vernieuwde AMC Brummelkamp Galerie op D-0, bij de ingang van het Dagcentrum
|